Tot het begin van de 19e eeuw was het gebruikelijk om in de kerk (de rijken) of rondom de kerk (de armen) te begraven. Of je nu hervormd, katholiek of ‘niets’ was: als Naaldwijker kreeg je je begrafenis bij de Oude Kerk van Naaldwijk. De landelijke overheid zag de nadelen ervan (stank, hygiëne) en besloot in 1827 dat gemeenten met meer dan 1000 inwoners verplicht waren om een begraafplaats buiten de bebouwde kom aan te leggen.
Per 1829 was er een nieuwe algemene begraafplaats aan de Dijkweg, die enkele keren uitgebreid werd, maar toch al snel tegen zijn grenzen aanliep. Daarom werd in 1865 grond aangekocht aan de Geestweg (eertijds Noordweg geheten) en werd de nieuwe begraafplaats geopend. In eerste instantie nog zonder de katholieken die sinds 1828 een eigen begraafplaats hadden, achter de toenmalige katholieke kerk. Dat werd echter in de loop van de 19e eeuw te klein en daarom worden de katholieken sinds 1950 ook op de algemene begraafplaats begraven.
Rond 2010 zijn er belangrijke uitbreidingen bij de Algemene begraafplaats gekomen en is de hoofdingang naar de andere kant gebracht: de Zandhaver.