Hubert Korneliszoon Poot werd in 1689 in Abtswoude geboren. Zijn vader was boer en woonde op een erf, dat vanaf de Abtswoudseweg (nr. 46) is te bereiken. Dit gedeelte van Abtswoude viel burgerlijk onder Hof van Delft en kerkelijk onder Schipluiden.
Rechts achter de Tanthofkade ligt het woonerf van Poot, waarop tot het einde van de twintigste eeuw (oude foto ±1980) een boerderij heeft gestaan. De woning en de stal zijn van ±1860. De familie Bijl heeft hier als laatste geboerd. Nu staat hier een modern landhuis met een gastenverblijf, ‘De Dichter’.
De dijk Tanthof uit de 12e eeuw moest voorkomen dat het water uit de westelijk gelegen wildernis naar de latere Abtswoudse Polder kwam. De gebruikers van de grond in Abtswoude over de Tanthofkade hebben stukjes wildernis in de Kerkpolder en Zouteveense Polder ontgonnen. Deze gronden waren de ‘Papsouse Uyterdycken’. ‘Papsou’ is een verbastering van Abtswoude.
De vader van de dichter Poot was hierdoor ook grondgebruiker in de Zouteveense Polder. De Zuidkade, tussen de Tanthofkade en de Zouteveenseweg, is aangelegd om de Kerkpolder te beschermen tegen het water uit de Zouteveense Polder. Het gebied van Zouteveen is pas rond 1250 ontgonnen. Hoewel er na de aanleg van de grote Maasdijk geen overstromingsgevaar meer was, behielden de Tanthofkade en de Zuidkade hun waterkerende functie.
Eeuwenlang was de Zuidkade een grasdijk die de mensen uit Abtswoude gebruikten om naar de kerk of de school in Schipluiden te lopen. Ook als de polders ’s winters onder water stonden, kon er op de kades altijd goed gelopen worden. Als er water op het land stond gingen ze met een schuitje naar de Tanthofkade. De bomen op de Tanthofkade hebben er altijd gestaan als bescherming. De schoolkinderen, ook Hubert Poot en z’n zusjes, hebben hier veel gelopen.