Al in 1230 stond op deze plaats een korenmolen. De heren van der Woerd waren destijds de eigenaar. Ze hadden o.a. door het bezit van de korenmolen van Naaldwijk veel invloed en inkomsten.
Het malen van het graan kostte de Naaldwijkers uiteraard geld en de molen werd verpacht aan de hoogst biedende. In de loop van zeven eeuwen is de molen drie keer volledig nieuw opgebouwd: in 1350 (verwoest tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten), 1573 (gesloopt door de Geuzen) en in 1638 (opdracht van de Oranjes om een modernere molen te bouwen).
De molen had tot 1840 geen naam. De nieuwe eigenaar gaf er toen de naam ‘De Ster’ aan en schilderde de naam in gouden letters op de molenbaard.
De Ster was aanvankelijk – vanaf 1638 – een stellingmolen met een zeskantige opbouw als bovenbouw, afgedekt met riet. In 1750 werd het bovengedeelte vervangen door een ronde stenen romp. De stellinghoogte bedroeg naar schatting 6 meter. Jan Jacobus Roels, geboren 11 januari 1841, was knecht bij zijn vader Cornelis en zette na de dood van zijn vader het bedrijf voort.
Hij vestigde zich op 16 februari 1883 te Naaldwijk en woonde aan de Molenstraat 26. Hij overleed op 76-jarige leeftijd. De functie van de molen werd aan het begin van de 20e eeuw overgenomen door fabrieken en maalderijen. Bovendien stond de molen te dicht op de bebouwing. In 1921 is de molen verkocht en afgebroken.
De enige twee herinneringen zijn de straatnaam (Molenstraat) en het huisje op adres Dijkweg 9, dat tijdenlang als molenaarshuis heeft gediend.